Dé uitspraak van 2019: Fraanje/Alukon

Wanneer kan ik eindelijk mijn overeenkomst ontbinden? Wekenlang ben je aan het steggelen met je wederpartij dat hij nu echt zijn afspraken moet nakomen. Toch heeft hij nog steeds niet betaald/geleverd/gepresteerd/gereageerd. Je hebt er genoeg van en zoekt een advocaat. Hij legt uit dat hij eerst een ingebrekestelling moet versturen. Een vriendelijk doch dringend verzoek om binnen 14 dagen na te komen. Pas na het verstrijken van deze termijn heb je namelijk de mogelijkheid tot ontbinding en schadevergoeding. Nog langer wachten dus… Of toch niet? Zie daar misschien wel de belangrijkste uitspraak van de Hoge Raad van 2019: Fraanje/Alukon.

Advocaat
woensdag 30 oktober 2019

Waar gaat het eigenlijk over?

Fraanje sluit als hoofdaannemer voor de bouw van een sportcomplex een overeenkomst met Alukon voor het plaatsen van aluminium kozijnen, vliesgevels en beglazing. De uitvoering van de klus verloopt niet erg voorspoedig. Op 5 juli, 6 september, 17 september en 24 september sommeert Fraanje Alukon om het werk af te ronden. Helaas blijft dit steeds zonder resultaat. Op 2 oktober heeft Fraanje er genoeg van en ontbindt de aannemingsovereenkomst met Alukon. In de juridische strijd die volgt stelt Alukon dat Fraanje niet rechtsgeldig (buitengerechtelijk) kon ontbinden. Fraanje vordert op haar beurt een verklaring voor recht dat zij wel degelijk kon ontbinden. Daarnaast wenst Fraanje terugbetaling van de betaalde aanneemsom van € 56.265,- en vordert een schadevergoeding van € 152.777,29.

En toen?

Bij de rechtbank Zeeland-West-Brabant en het gerechtshof Den Bosch trekt Fraanje aan het kortste eind. De buitengerechtelijke ontbinding door Fraanje is prematuur en de geboden termijn tot nakoming van één week in de ingebrekestelling is onredelijk kort. De ingebrekestelling is niet rechtsgeldig en dus de ontbinding ook niet. In beide instanties is Fraanje veroordeeld tot betaling van schadevergoeding.

Het oordeel van de Hoge Raad

De Hoge Raad ziet dit – ten voordele van Fraanje – toch net even anders: “De lengte van de termijn voor nakoming die aan de schuldenaar moet worden gegeven, hangt van de omstandigheden af. Een relevante omstandigheid is de tijd die de schuldenaar vóór de aanmaning heeft gehad om zich voor te bereiden. In de meeste gevallen staat het de schuldenaar niet vrij om te wachten met het verrichten van voorbereidende handelingen tot hij aangemaand wordt. Dit betekent dat termijnen die eerder zijn gesteld en het eerder door de schuldeiser sommeren van de schuldenaar, van belang kunnen zijn bij de beoordeling van de redelijkheid van de in een aanmaning gestelde termijn.

Aha!

In andere woorden: ook eerdere sommaties en de daarin genoemde termijnen van vóór de ingebrekestelling moeten dus worden meegewogen bij de redelijkheid van de geboden termijn tot nakoming. Het feit dat de schuldenaar (in casu Alukon) daarnaast niet of ontoereikend reageert op verzoeken van de schuldeiser (Fraanje) om te communiceren of en hoe zij binnen de gestelde termijn denkt te gaan nakomen, kan leiden tot verzuim en rechtsgeldige ontbinding. Wat een redelijke termijn is hangt dus af van de omstandigheden van het geval. De termijnen die gebruikelijk zijn in branche waarin partijen actief zijn speelt ook een rol.

Waarom is deze uitspraak zo belangrijk?

Voorheen keken rechters slechts naar de tekst van de ingebrekestelling: wat is er gesommeerd en hoelang is de schuldenaar gegund? Was de termijn in de ogen van de rechter te kort, dan ging er een streep door de ingebrekestelling met alle gevolgen van dien. De Hoge Raad heeft nu de betekenis van de redelijke termijn verruimd. Ook de discussie en correspondentie vóór de ingebrekestelling zijn volgens de Hoge Raad van belang. Dit standpunt sluit volgens mij veel beter aan bij ieders rechtsgevoel. De discussie tussen partijen is vaak al wekenlang aan de gang als de laatste dreigende brief wordt verstuurd. Het is voor de wederpartij dus geen donderslag bij heldere hemel als een allerlaatste kans wordt geboden.

Wanneer kan ik dus ontbinden?

Heel flauw, maar ik kan je geen standaard antwoord geven. De omstandigheden van het geval die bepalen wanneer je kunt ontbinden zijn in elke zaak anders. Mijn advies blijft altijd: leg alle afspraken en correspondentie met de wederpartij schriftelijk vast en zoek een jurist voor advies en een effectieve aanpak.

Tot slot

Heb je vragen naar aanleiding van deze of andere blogs op de kennisbank van REIN? Neem contact op met Mirjam Talsma!

Ook interessant